Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: kurzsichtig

German and Dutch Translation Search Results for kurzsichtig

Summary

German to Dutch: more detail...

kurzsichtig:
- kortzichtig; ongenuanceerd; bijziend; bekrompen; beperkt van geest; kippig; beperkt van blik; bijziende
Wiktionary:
- kurzsichtig → bijziend
- kurzsichtig → bijziend

German

Detailed Translations for kurzsichtig from German to Dutch

kurzsichtig:

kurzsichtig adj

kurzsichtig (ungenuancierd)
kortzichtig; ongenuanceerd
- kortzichtig adj
- ongenuanceerd adj
kurzsichtig
bijziend
- bijziend adj
kurzsichtig
bekrompen; beperkt van geest
- bekrompen adj
- beperkt van geest adj
kurzsichtig
kippig
- kippig adj
kurzsichtig
beperkt van blik; bijziende
- beperkt van blik adj
- bijziende adj

Translation Matrix for kurzsichtig:

Adjective	Related Translations	Other Translations
bekrompen	kurzsichtig	beschränkt; borniert; bürgerlich; eng; engstirnig; geizig; genau; gering; gewerblich; klein; kleinbürgerlich; kleinkariert; kleinlich; kleinmütig; knapp; knickrig; spießbürgerlich; spießig
bijziend	kurzsichtig
kippig	kurzsichtig
kortzichtig	kurzsichtig; ungenuancierd
ongenuanceerd	kurzsichtig; ungenuancierd	undifferenziert
Modifier	Related Translations	Other Translations
beperkt van blik	kurzsichtig
beperkt van geest	kurzsichtig
bijziende	kurzsichtig

Synonyms for "kurzsichtig":

myop

Wiktionary Translations for kurzsichtig:

kurzsichtig

adjective

alleen van dichtbij scherp kunnen zien
- bijziend → kurzsichtig

Cross Translation:

From	To	Via
• kurzsichtig	→ bijziend	↔ myopic — unable to see distant objects unaided