Summary
German to Dutch: more detail...
-
mutwillig sein:
-
Wiktionary:
mutwillig sein → dartelen, robbedoezen, stoeien, bokkesprongen maken
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for mutwillig sein from German to Dutch
mutwillig sein: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Mut: moed; lef; durf; gewaagdheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; onverschrokkenheid; driestheid; koenheid; kloekheid
- willig: dienstbaar; willig; dienstwillig; gehoorzaam
- Sein: zijn; bestaan; leven; existentie
- sein: behoren bij; behoren tot; zijn van; toebehoren aan; spruiten; uitschieten; uitschieten plantkunde; zijn
Wiktionary Translations for mutwillig sein:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• mutwillig sein | → dartelen; robbedoezen; stoeien | ↔ batifoler — (familier, fr) jouer à la manière des enfants. |
• mutwillig sein | → dartelen; robbedoezen; stoeien; bokkesprongen maken | ↔ gambader — Faire des gambades. |