Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: zusammennehmen

German and Dutch Translation Search Results for zusammennehmen

Summary

German to Dutch: more detail...

zusammennehmen:
- Wiktionary:
  zusammennehmen → bijeentellen, optellen
- Synonyms for "zusammennehmen":
  aufraffen; bemühen; zusammenreißen

German

Detailed Translations for zusammennehmen from German to Dutch

zusammennehmen: ^{(*Using Word and Sentence Splitter)}

zusammen: samen; gezamenlijk; tezamen; met z'n beiden; bij elkaar; bijeen; gemeenschappelijk; met zijn allen; saam; aaneen; opeen
nehmen: binnenkrijgen; opslokken; zwelgen; nemen; pakken

Spelling Suggestions for: zusammennehmen

zusammenstimmen; zusammenkommen; Zusammenkommen; Zusammen kommen; zusammenströmen

zusammennehmen:

Synonyms for "zusammennehmen":

aufraffen; bemühen; zusammenreißen

Wiktionary Translations for zusammennehmen:

Cross Translation:

From	To	Via
• zusammennehmen	→ bijeentellen; optellen	↔ total — to add up

External Machine Translations:

Related Translations for zusammennehmen

sich zusammennehmen