Summary
German to Dutch: more detail...
-
abenteuerlustig:
-
Wiktionary:
abenteuerlustig → avontuurlijk, ondernemend
-
Wiktionary:
German
Detailed Translations for abenteuerlustig from German to Dutch
abenteuerlustig: (*Using Word and Sentence Splitter)
- Abenteuer: avontuur; avonturen; verhouding; relatie; affaire; liaison; slippertje; avontuurtje
- lustig: druk; bezet; drukbezet; blij; wakker; levendig; zonnig; opgewekt; opgeruimd; kleurig; geestig; opgetogen; fleurig; monter; lustig; dartel; kwiek; blijmoedig; fideel; welgemoed; blijgeestig; leuk; grappig; komisch; lachwekkend; komiek; lollig; geinig; koddig; geanimeerd; drukpratend; humoristisch; kluchtig; vrolijk; uitgelaten; jolig; speels; uiig; goed geluimd; welgestemd
Wiktionary Translations for abenteuerlustig:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• abenteuerlustig | → avontuurlijk; ondernemend | ↔ adventurous — inclined to adventure |