Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Search: Wartung

German and Dutch Translation Search Results for Wartung

Summary

German to Dutch: more detail...

Wartung:
- onderhoudsbeurt; revisie; herstelling van materiaal; opknapbeurt; optimalisatie
Wiktionary:
- Wartung → onderhoud
- Wartung → handhaving, onderhoud

German

Detailed Translations for Wartung from German to Dutch

Wartung:

Wartung [die ~] noun

die Wartung (Inspektion)
de onderhoudsbeurt
- onderhoudsbeurt [de ~] noun
die Wartung (Reparatur von Material; Revision; Überholung; Überprüfung; Inspektion)
de revisie; herstelling van materiaal
- revisie [de ~ (v)] noun
- herstelling van materiaal [znw.] noun
die Wartung (Überholung)
de opknapbeurt
- opknapbeurt [de ~] noun
die Wartung
de optimalisatie
- optimalisatie [de ~ (v)] noun

Translation Matrix for Wartung:

Noun	Related Translations	Other Translations
herstelling van materiaal	Inspektion; Reparatur von Material; Revision; Wartung; Überholung; Überprüfung
onderhoudsbeurt	Inspektion; Wartung
opknapbeurt	Wartung; Überholung
optimalisatie	Wartung	Optimierung
revisie	Inspektion; Reparatur von Material; Revision; Wartung; Überholung; Überprüfung

Synonyms for "Wartung":

Erhaltung; Instandhaltung; Pflege; Unterhalt; Unterhaltung; Wartungsarbeiten; Überholung

Wiktionary Translations for Wartung:

Wartung

noun

Gesamtheit der Maßnahmen zur Prüfung und Instandhaltung, die die Abnutzung verhindern sollen
- Wartung → onderhoud

Wartung

noun

handelingen verricht om iets in goede staat te houden.
- onderhoud → Wartung

Cross Translation:

From	To	Via
• Wartung	→ handhaving; onderhoud	↔ maintenance — keeping a machine in service
• Wartung	→ onderhoud	↔ upkeep — maintenance; the act or effort of keeping something in good repair