Home ->Dictionaries ->German/Dutch ->Translate Innenausstattung

Translate Innenausstattung from German to Dutch

Summary

German to Dutch: more detail...

Innenausstattung:
- inrichting; inrichten; woninginrichting; woningdecoratie

German

Detailed Translations for Innenausstattung from German to Dutch

Innenausstattung:

Innenausstattung [die ~] noun

die Innenausstattung (Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung)
de inrichting; inrichten; de woninginrichting; woningdecoratie
- inrichting [de ~ (v)] noun
- inrichten [znw.] noun
- woninginrichting [de ~ (v)] noun
- woningdecoratie [znw.] noun

Translation Matrix for Innenausstattung:

Noun	Related Translations	Other Translations
inrichten	Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung	Bereitstellung
inrichting	Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung	Anstalt; Ausstattung; Einrichtung; Irrenanstalt; Irrenhaus; Nervenheilanstalt; psychiatrische Klinik
woningdecoratie	Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung
woninginrichting	Innenausstattung; Wohnungseinrichting; Wonungsausstattung
Verb	Related Translations	Other Translations
inrichten		aufbauen; aufstellen; ausstatten; bauen; bereitstellen; einrichten; einsetzen; erbauen; errichten; festlegen; installieren; möblieren

Synonyms for "Innenausstattung":

Interieur