English
Detailed Translations for hog-tie from English to Dutch
hog-tie: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hog: beer; mannetjesvarken
- tie: stropdas; binden; vastmaken; knopen; vastbinden; knevelen; sjaal; das; shawl; halsdoek; vastknopen; aan elkaar knopen; aan elkaar binden; strikken; rijgen; dichtsnoeren; dichtrijgen; in de val laten lopen; vastsjorren; handenbinder; handenbindertje; vastleggen; verbinden; samenbinden; vastketenen; vastkluisteren; aaneenbinden
Spelling Suggestions for: hog-tie
hog-tie:
Synonyms for "hog-tie":
Related Definitions for "hog-tie":
Wiktionary Translations for hog-tie:
hog-tie
verb
-
figurative use
- hog-tie → kluisteren; knevelen
External Machine Translations:
Related Translations for hog-tie
Dutch