Summary
English to Dutch: more detail...
-
eyewitness:
-
Wiktionary:
eyewitness → ooggetuige
eyewitness → ooggetuige -
Synonyms for "eyewitness":
spectator; witness; viewer; watcher; looker
witness
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for eyewitness from English to Dutch
eyewitness: (*Using Word and Sentence Splitter)
- eye: oog; oog van de naald; oogje; oog orgaan; gadeslaan
- witness: meemaken; getuige; getuige voor de rechtbank; toeschouwer; omstander; zien; horen; bekijken; voelen; merken; waarnemen; signaleren; observeren; gewaarworden; gadeslaan; verschijnen; opkomen; opduiken; opdagen; laten zien; laten blijken; getuigen van; bijwonen; aanwezig zijn; kroongetuige
eyewitness:
Synonyms for "eyewitness":
Related Definitions for "eyewitness":
Wiktionary Translations for eyewitness:
eyewitness
Cross Translation:
noun
-
ooggetuige
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• eyewitness | → ooggetuige | ↔ Augenzeuge — Rechtssprache: Person, die Zeuge eines Tathergangs wurde |