English
Detailed Translations for lunchbox from English to Dutch
lunchbox: (*Using Word and Sentence Splitter)
- lunch: lunchen; lunchpakket; twaalfuurtje; lunch; middagpauze; lunchpauze; lunchtijd; schafttijd; koffiemaaltijd; schaftuur
- box: doos; opbergdoos; kast; kastje; kabinetje; kist; krat; boksen; bus; blik; trommel; blikje; opbergblik; box; opbergruimte; buis; beeldbuis; kistje; kratje; omkaderen
Wiktionary Translations for lunchbox:
lunchbox
noun
-
meestal plastic doosje met daarin gesmeerde boterhammen voor de lunch, meegenomen naar school, op het werk enz.
Dutch
Detailed Translations for lunchbox from Dutch to English
lunchbox: (*Using Word and Sentence Splitter)
- lunch: lunch; cold lunch; break; lunch time; lunch break; lunch hour; luncheon; dejeuner; tiffin
- box: box; carton; storing space; pen; playpen
- lunchen: lunch; have lunch