English
Detailed Translations for housefly from English to Dutch
housefly: (*Using Word and Sentence Splitter)
- house: verblijf; thuis; woning; residentie; woonhuis; huis; pand; perceel; onderbrengen; huizen; huisvesten; herbergen; accommoderen; onderdak geven; onderdak verlenen; onderdak verschaffen; iemand huisvesten; bedrijf; maatschappij; onderneming; firma; vennootschap; coöperatie; maatschap; handelshuis; handelsbedrijf; sterrenbeeld; stulp; optrekje
- fly: vliegen; per vliegtuig reizen; vlieg; vluchten; wegvluchten; vlieden; gulp; broeksgulp; oplaten; laten opstijgen
- House: House
housefly:
Translation Matrix for housefly:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | Musca domestica; house fly |
Related Words for "housefly":
Synonyms for "housefly":
Related Definitions for "housefly":
house fly:
Translation Matrix for house fly:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | Musca domestica; housefly |