English
Detailed Translations for backstop from English to Dutch
backstop: (*Using Word and Sentence Splitter)
- back: rug; leuning; rugleuning; rugzijde; terug; achteruit; achterwaarts; naar achter; naar achteren; rugwaarts; achterkant; achterzijde; opkomen voor; weder; weerom; weer; opnieuw; nogmaals; wederom; back; andermaal; achterspeler; helpen; ondersteunen; bijstaan; assisteren; bijspringen; weldoen; seconderen; vroeger; voorheen; eertijds; voormaals; financieren
- stop: tegenhouden; stopzetten; tot staan brengen; stoppen; remmen; afremmen; opgeven; ophouden; staken; uitscheiden; ermee uitscheiden; vertraging; oponthoud; halte; stopplaats; halteplaats; inhouden; besluiten; beslissen; stilstaan; blijven staan; stilhouden; halt houden; afzetten; stilzetten; tot stilstand brengen; halt; vastlopen; haperen; stokken; blijven steken; weerhouden; beletten; afhouden; stillen; stelpen; ervanaf houden; tegenwerken; dichten; dwarsbomen; dwarsliggen; gaten stoppen; vertragen; temporiseren; halthouden
- backs: achterspelers
- top: dop; sluitdop; dak; kap; koepel; overkapping; afdekkap; overdekking; toppunt; summum; top; piek; bergtop; kruin; hoogst haalbare; hoogtepunt; climax; knotten; bovenste; afknotten; huif; hoogste punt; hoger bieden
- Back: Terug
- Stop: Stoppen
backstop:
Translation Matrix for backstop:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | catcher |