English
Detailed Translations for bowknot from English to Dutch
bowknot: (*Using Word and Sentence Splitter)
- bow: krommen; welven; buigen; krombuigen; boeg; steven; voorsteven; boog; handboog; buiging; nijging; strijkstok; kruisboog; nijgen; eerbied tonen; vioolstok
- knot: strik; schuifknoop; bevestigen; verbinden; knopen; aan elkaar knopen; vlecht; kluwen; wrong; knotje; knoet; knoedel; haarknot; knoedeltje; strikken; vastknopen; aan elkaar binden; knot; streng garen
bowknot:
Translation Matrix for bowknot:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | bow |