Summary
English to Dutch: more detail...
-
closing switch:
The word closing switch exists in our database, but we currently do not have a translation from English to Dutch.
English
Detailed Translations for closing switch from English to Dutch
closing switch: (*Using Word and Sentence Splitter)
- close: afsluiten; dichtdoen; sluiten; toedoen; toemaken; dichtmaken; toetrekken; gelijk; vlak; strak; glad; plat; egaal; effen; geslepen; vlakuit; benauwd; muf; drukkend; bedompt; gehecht; verknocht; stoppen; dichten; dichtstoppen; dichtgaan; toevallen; dichtvallen; zich sluiten; eindig; vergankelijk; voorbijgaand; toedraaien; ternauwernood; rakelings; dichtbij; vlakbij; in de buurt; nabij; nabijgelegen
- closing: afsluiting; sluiting; dichtmaken; het afsluiten; laatste; achterste; finaal; dichtdoen; dichtdraaien
- switch: ruilen; wisselen; omruilen; omwisselen; inwisselen; verruilen; schakelaar; schakelknop; veranderen; wijzigen; afwisselen; herzien; verwisselen; schakelen; naar een andere versnelling overgaan; wissel; invaller; wisselspeler; knop; lichtknop; wisselaar; verwisseling; omwisseling; omruil; verruiling; omschakelaar; stroomwisselaar; spoorwegwissel; switch; schakeloptie