Summary
English to Dutch: more detail...
-
earmark:
-
Wiktionary:
earmark → kenmerken, kenschetsen, kentekenen, markeren, tekenen, merken, stempeln, toewijzen, voor het gerecht dagen, bestemmen, uittrekken -
Synonyms for "earmark":
marker; marking; mark
hallmark; trademark; stylemark; characteristic
allow; appropriate; set aside; reserve; assign; allot; portion
-
Wiktionary:
English
Detailed Translations for earmark from English to Dutch
earmark: (*Using Word and Sentence Splitter)
- ear: heft; oor; gehoororgaan
- mark: branden; markeren; brandmerken; inbranden; van stigma's voorzien; cijfer; schoolcijfer; tekenen; kenmerken; typeren; karakteriseren; kenschetsen; merken; aankruisen; eigenschap; merk; merkteken; punt; beoordelingscijfer; kenmerk; kenteken; etiket; iemand kenmerken; vinken; afvinken; aanstrepen; rapportcijfer; litteken; onderscheidingsteken; herkenningsteken; keurmerken; schietschijf; doelschijf
earmark:
Translation Matrix for earmark:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | hallmark; stylemark; trademark | |
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | allow; appropriate; reserve; set aside |
Synonyms for "earmark":
Related Definitions for "earmark":
Wiktionary Translations for earmark:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• earmark | → kenmerken; kenschetsen; kentekenen; markeren; tekenen; merken; stempeln | ↔ zeichnen — (transitiv) etwas mit einem oder mehreren Zeichen versehen |
• earmark | → toewijzen; voor het gerecht dagen | ↔ adjuger — procédure|fr déclarer par autorité de justice qu’une personne devenir propriétaire d’un bien meuble ou immeuble mis à l’enchère. |
• earmark | → toewijzen; voor het gerecht dagen | ↔ assigner — déterminer, faire connaître. |
• earmark | → bestemmen; uittrekken | ↔ destiner — Traductions à trier suivant le sens |