Summary
English to Dutch:   more detail...
  1. fiberglass:
  2. Wiktionary:


English

Detailed Translations for fiberglass from English to Dutch

fiberglass:

fiberglass [the ~] noun, American

  1. the fiberglass (fibreglass)
    het fiberglas
  2. the fiberglass (glass fibre; fibreglass; spun glass; glass fiber)
    de glasvezel

Translation Matrix for fiberglass:

NounRelated TranslationsOther Translations
fiberglas fiberglass; fibreglass
glasvezel fiberglass; fibreglass; glass fiber; glass fibre; spun glass glass fibre
- fibreglass

Synonyms for "fiberglass":


Related Definitions for "fiberglass":

  1. a covering material made of glass fibers in resins1

Wiktionary Translations for fiberglass:

fiberglass
noun
  1. elektrotechniek|nld, communicatie|nld uiterst dunne glasdraad die onder meer wordt toegepast als optische vezel in telecommunicatie, waarbij licht wordt gestuurd door lange vezels van optisch zeer helder glas om signalen betrouwbaar over grote afstanden te transporteren. De transportcapaciteit van [[glasvezelkabel]