English
Detailed Translations for hand blower from English to Dutch
hand blower: (*Using Word and Sentence Splitter)
- hand: hand; poot; klauw; jat; knuist; wijzer; geven; aangeven; afgeven; overgeven; overhandigen; aanreiken; toesteken; medewerker; werknemer; arbeider; personeelslid; werkkracht; arbeidskracht; klerk; reiken; aanbieden; handje; werker; werkman; knecht; handdruk; boerenknecht; hulpje
- blow: pijpen; blazen; fluiten; deuk; bluts; instulping; waaien; hard waaien; zuigen; afzuigen; fellatio doen; hijgen; puffen; slag; teleurstelling; tegenvaller; terugslag; flop; fiasco; sof; misrekening; misslag; stuiven; klop; tik; toegebrachte klap; wapperen; fladderen; verknoeien; iets vergallen; klap; harde slag; zet; knal; duw; por; dreun; stootje; duwtje; jens; stoot; hengst; mep; peut; lel; opdonder; oplawaai; muilpeer; opduvel; aanwakkeren; aanblazen; doen opvlammen; handslag; 'm smeren; 'm piepen
- blower: blazer
hand blower:
Translation Matrix for hand blower:
Noun | Related Translations | Other Translations |
- | blow drier; blow dryer; hair drier; hair dryer |