English
Detailed Translations for lowball from English to Dutch
lowball: (*Using Word and Sentence Splitter)
- low: dieptepunt; laagtepunt; laag; niet hoog; slecht; vals; kwaadwillig; met slechte intentie; gemeen; stiekem; sluw; achterbaks; geslepen; geraffineerd; loeien; geniepig; listig; leep; slinks; doortrapt; gewiekst; snood; uitgekookt; gehaaid; gluiperig; in het geniep; depressie; lage luchtdruk; laagterecord; laagstaand; laaghangend; diepterecord; emotionele crisis
- ball: voetbal; bol; bolletje; bal; dansfeest; bol wol; gala; groot bal; globe; kloot
lowball:
Translation Matrix for lowball:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | underestimate |