Home ->Dictionaries ->English/Dutch ->Translate nerved

Translate nerved from English to Dutch

Summary

English to Dutch: more detail...

nerved:
- generfd; geaderd
nerve:
- zenuw; moed; gewaagdheid; lef; durf; nerf; ader; grote mond hebben; brutaal zijn
Wiktionary:
- nerve → geduld, uithoudingsvermogen, verduldigheid, sterke zenuwen, moed, lef, stalen zenuwen, durf, neuron, zenuwknoop, zenuw, nerf, neuronenbundel
- nerve → zenuw

English

Detailed Translations for nerved from English to Dutch

nerved:

nerved adj

nerved (venous)
generfd
- generfd adj
nerved (venous; veined; nervate; veiny)
geaderd
- geaderd adj

Translation Matrix for nerved:

Adjective	Related Translations	Other Translations
geaderd	nervate; nerved; veined; veiny; venous
generfd	nerved; venous

Related Words for "nerved":

nerve

nerve:

nerve [the ~] noun

the nerve
de zenuw
- zenuw [de ~] noun
the nerve (daring; guts; pluck)
de moed; de gewaagdheid; de lef; de durf
- moed [de ~ (m)] noun
- gewaagdheid [de ~ (v)] noun
- lef [de ~ (m)] noun
- durf [de ~ (m)] noun
the nerve (grain; vein)
de nerf; de ader
- nerf [de ~] noun
- ader [de ~] noun
the nerve (impudence; forwardness; boldness; cheekiness; sauciness)
grote mond hebben; brutaal zijn
- grote mond hebben [znw.] noun
- brutaal zijn [znw.] noun

Translation Matrix for nerve:

Noun	Related Translations	Other Translations
ader	grain; nerve; vein	vein
brutaal zijn	boldness; cheekiness; forwardness; impudence; nerve; sauciness
durf	daring; guts; nerve; pluck
gewaagdheid	daring; guts; nerve; pluck
grote mond hebben	boldness; cheekiness; forwardness; impudence; nerve; sauciness
lef	daring; guts; nerve; pluck
moed	daring; guts; nerve; pluck	bravery; courage; daring; gallantry; heroism; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour
nerf	grain; nerve; vein
zenuw	nerve
-	boldness; brass; cheek; face; heart; mettle; nervus; spunk
Verb	Related Translations	Other Translations
-	steel
Other	Related Translations	Other Translations
-	pluck; rib; vein

Related Words for "nerve":

unnerve, nerved, nerves

Synonyms for "nerve":

nervus; fiber bundle; fibre bundle; fascicle; fasciculus
heart; mettle; spunk; courage; courageousness; bravery; braveness
boldness; brass; face; cheek; aggressiveness
steel; brace; poise

Related Definitions for "nerve":

impudent aggressiveness¹
the courage to carry on¹
any bundle of nerve fibers running to various organs and tissues of the body¹
get ready for something difficult or unpleasant¹

Wiktionary Translations for nerve:

nerve

noun

stamina
- nerve → geduld; uithoudingsvermogen; verduldigheid
patience
- nerve → geduld; sterke zenuwen
courage
- nerve → moed; lef; stalen zenuwen; durf
(colloquial) neuron
- nerve → neuron; zenuwknoop; zenuw
(botany) vein; grain in wood
- nerve → nerf
bundle of neurons
- nerve → neuronenbundel; zenuw

nerve

noun

een onderdeel van het perifeer zenuwstelsel, bestaande uit gebundelde uitlopers van zenuwcellen
- zenuw → nerve

Cross Translation:

From	To	Via
• nerve	→ zenuw	↔ nerf — anatomie\|fr Chacun des petits filaments blanchâtres qui, distribués dans tout le corps, transmettent au cerveau les sensations provoquées par les objets extérieurs ou par l’organisme lui-même, et aux muscles les impulsions motrices.

External Machine Translations:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University