Summary
English
Detailed Translations for seal off from English to Dutch
seal off: (*Using Word and Sentence Splitter)
- seal: zeehond; rob; zeerob; stempel; inktstempel; zegel; plakzegel; dichten; afdichten; verzegelen; bevestigen; goedkeuren; bekrachtigen; bezegelen; homologeren; stoppen; dichtmaken; dichtstoppen; waarborg; keur; stempelen; stempel zetten; ijk; ijkmerk; van zegel voorzien; verzegeling
- off: uit; weg; vanaf deze plaats; klaar; gedaan; af; gereed; beëindigd; volbracht; fout; verkeerd; mis; foutief; ernaast; onjuist; ten onrechte; onwaar; eraf; ervandoor; ervantussen
seal off:
Translation Matrix for seal off:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | blockade; seal |