Summary
English
Detailed Translations for smarten up from English to Dutch
smarten up: (*Using Word and Sentence Splitter)
- smart: slim; uitgeslapen; kien; clever; goochem; bij de pinken; wijs; geleerd; verstandig; correct; doordacht; raadzaam; zinnig; bedachtzaam; nadenkend; wijselijk; weldenkend; knap; leuk om te zien; bijdehand; raak; gevat; adrem; snedig; intelligent; pienter; schrander; gis; snugger; wakker; alert; oplettend; stijlvol; chic; esthetisch; elegant; verfijnd; smaakvol; modieuze verfijning; uitgekiend; scherpzinnig; spitsvondig; gelikt; piekfijn; tiptop; picobello; gewiekst; gehaaid; kittig
- up: op; naar boven; bij; erbij; erop; aan; druk; geanimeerd; drukpratend; omhoog; opwaarts; naar boven toe
smarten up:
Translation Matrix for smarten up:
Verb | Related Translations | Other Translations |
- | slick up; spiff up; spruce; spruce up; titivate; tittivate |
Synonyms for "smarten up":
Related Definitions for "smarten up":
External Machine Translations: