Summary
Spanish to Dutch: more detail...
- afinidad:
-
Wiktionary:
- afinidad → affiniteit, verwantschap
- afinidad → welgezindheid, affiniteit, verwantschap
Spanish
Detailed Translations for afinidad from Spanish to Dutch
afinidad:
-
la afinidad
de affiniteit -
la afinidad (conexión; relación; enlace; nexo; línea; parentesco; coherencia; compuesto; comunicación; combinación; similitud; unión)
de verbinding; de relatie; de link; het verband; de samenhang; de liaison; de connectie; de aansluiting; de band -
la afinidad (solidaridad)
-
la afinidad (parentesco)
Translation Matrix for afinidad:
Synonyms for "afinidad":
Wiktionary Translations for afinidad:
afinidad
Cross Translation:
noun
-
een geestelijk verwantschap
-
scheikunde|nld de geneigdheid om verbindingen te vormen
-
het verwant zijn
-
overeenkomst, affiniteit
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• afinidad | → welgezindheid; affiniteit | ↔ affinity — natural attraction for something |
• afinidad | → affiniteit; verwantschap | ↔ affinité — degré de proximité que le mariage fait acquérir à un homme avec les parents de sa femme, et à une femme avec celui de son mari. |
External Machine Translations: