Spanish
Detailed Translations for contraordenar from Spanish to Dutch
contraordenar: (*Using Word and Sentence Splitter)
- contra: tegen; versus; contra; anti; tegenstrijdig; tegengesteld; strijdig; onverenigbaar; hiertegen; nadeel; schade; verlies
- ordenar: opruimen; bergen; gebieden; bevelen; opdragen; gelasten; uitzoeken; sorteren; schiften; rangeren; leiden; leidinggeven; aanvoeren; commanderen; bevel voeren over; rangschikken; classificeren; dicteren; indelen; ordenen; groeperen; afkondigen; arrangeren; systematiseren; verordenen; decreteren; ordonneren; verordineren; klussen; rangordenen; klusje opknappen; afhandelen; belasten; dwingen; voorschrijven; opdracht geven; opknappen; renoveren; restaureren; afdoen; forceren; instrueren; beslechten; op orde brengen; instructie geven; verordonneren; ficheren; twist uit de weg ruimen
- ordeñar: melken
Spelling Suggestions for: contraordenar
- Searching for suggestions...
Wiktionary Translations for contraordenar:
contraordenar
verb
-
zeggen dat iets, dat je eerder gezegd hebt, niet klopt
External Machine Translations:
Dutch
Suggestions for contraordenar in Dutch
Spelling Suggestions for: contraordenar
- Searching for suggestions...
External Machine Translations: