Home ->Dictionaries ->Spanish/Dutch ->Translate comida

Translate comida from Spanish to Dutch

Summary
Spanish to Dutch:   more detail...
  1. comida:
  2. Wiktionary:
  3. User Contributed Translations for comida:
    • middagmaal

Spanish

Detailed Translations for comida from Spanish to Dutch

comida:

comida [la ~] noun

  1. la comida (almuerzo)
    de maaltijd; het maal
    – keer per dag dat je voedsel eet 1
    • maaltijd [de ~ (m)] noun
      • hoe laat gebruiken jullie de warme maaltijd?1
    • maal [het ~] noun
      • ze bereidde een heerlijk maal voor ons1
    het eten
    – wat je bij de maaltijd tot je neemt 1
    • eten [het ~] noun
      • het eten is koud1
    het diner
  2. la comida (alimentación; alimentos; víveres; )
    de voeding; de voedsel; de spijs; de eetwaren; de proviand
    het eten
    – wat je bij de maaltijd tot je neemt 1
    • eten [het ~] noun
      • het eten is koud1
  3. la comida (alimentación; nutrición; alimento; alimentos)
    de voeding; de voedsel; de spijziging; de kost
    het eten
    – wat je bij de maaltijd tot je neemt 1
    • eten [het ~] noun
      • het eten is koud1
  4. la comida (plato; guiso; alimento)
    het gerecht; de schotel
  5. la comida (productos alimenticios; comestibles; alimentación; )
    de levensmiddelen
  6. la comida (provisiones; alimentación; manutención; )
    de leeftocht

Translation Matrix for comida:

NounRelated TranslationsOther Translations
diner almuerzo; comida cena
eetwaren alimentación; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres
eten alimentación; alimento; alimentos; almuerzo; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres
gerecht alimento; comida; guiso; plato instancia judicial; juzgado; tribunal
kost alimentación; alimento; alimentos; comida; nutrición dinero de manutención; gastos
leeftocht alimentación; alimento; alimentos; comida; manutención; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres
levensmiddelen alimentación; alimento; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres alimentación humana
maal almuerzo; comida vez
maaltijd almuerzo; comida
proviand alimentación; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres
schotel alimento; comida; guiso; plato
spijs alimentación; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres manjar
spijziging alimentación; alimento; alimentos; comida; nutrición
voeding alimentación; alimento; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres nutrición
voedsel alimentación; alimento; alimentos; comestibles; comida; nutrición; productos alimenticios; provisiones; vianda; vituallas; víveres alimentos; comestibles; dinero de manutención; nutrición; vituallas; víveres
VerbRelated TranslationsOther Translations
eten aprovechar; atiborrarse; cenar; comer; comer con gusto; comerse; consumir; desincrustar; desplegar; devorar; disfrutar comiendo; mandarse un ...; morfar; picar; saborear; tomar

Related Words for "comida":

  • comidas

Synonyms for "comida":


Wiktionary Translations for comida:

comida
noun
  1. een hoeveelheid toebereid voedsel die voldoende is geruime tijd de lichamelijke behoefte te bevredigen
Cross Translation:
FromToVia
• comida → eten; voedsel ↔ food — any substance consumed by living organisms to sustain life
• comida → middageten; lunch; (<a class="defDestWord" href="https://www.interglot.ru/dictionary/nl/es/search?q=licht&l=en%7Cnl" title="Translate 'licht' from Dutch to Spanish"><span lang="nl">licht</span></a>) <a class="defDestWord" href="https://www.interglot.ru/dictionary/nl/es/search?q=middagmaal&l=en%7Cnl" title="Translate 'middagmaal' from Dutch to Spanish"><span lang="nl">middagmaal</span></a> ↔ lunch — meal around midday
• comida → maaltijd ↔ meal — food that is prepared and eaten
• comida → maaltijd ↔ Mahl — Vorgang, bei dem Essen zu sich genommen wird
• comida → maaltijd ↔ Mahlzeit — der Vorgang des Essen-zu-sich-Nehmens morgens, mittags oder abends oder zu anderen Zeiten bei einer Zwischenmahlzeit
• comida → middageten; middagmaal; noenmaal; lunch ↔ déjeuner — FR|fr Repas de midi.
• comida → eten; maal; maaltijd ↔ repas — Nourriture (sens général)

Related Translations for comida







Your free, fast, and simple translation dictionary

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Page served in 0.0363 seconds
Page rendered in 1.0 seconds