French
Detailed Translations for faire le mur from French to Dutch
faire le mur: (*Using Word and Sentence Splitter)
- faire: uitvoeren; doen; handelen; verrichten; uitrichten; maken; scheppen; in het leven roepen; beginnen; starten; aanvangen; van start gaan; veroorzaken; aandoen; aanrichten; aanstichten; uitoefenen; beoefenen; plegen; berokkenen; afronden; beëindigen; afwerken; afmaken; klaarmaken; voltooien; volbrengen; completeren; volmaken; afkrijgen; een einde maken aan; klaarkrijgen; praktiseren; sport uitoefenen; voor elkaar krijgen; tot stand brengen
- à faire: haalbaar; te doen; realiseerbaar; verwezenlijkbaar; bereikbaar; toegankelijk; begaanbaar; taak
- le: de; hem
- lé: voorbaan
- île: eiland
- mur: muur; heining; wand; kamerwand
- muré: vastgemetseld
- mûr: rijp; voldragen; volwassen; uitgegroeid; volgroeid
Wiktionary Translations for faire le mur:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• faire le mur | → spijbelen | ↔ play hookey — To be absent without permission |