French
Detailed Translations for tête de nœud from French to Dutch
tête de nœud: (*Using Word and Sentence Splitter)
- téter: pijpen; afzuigen; fellatio doen; zuigen; sabbelen; lurken; volzuigen
- tête: hoofd; bol; hoofd van een mens; kop; kopzin; chef; voorman; werkbaas; leiding; aanvoeren; voorgaan; aanvoering; meerdere; baas; patroon; meester; superieur; leidster; aanvoerster; voorvrouw; leidsvrouw
- de: van; vanaf; per; uit; weg; vanaf deze plaats; in; te; aan; bij; erbij; erop; van de zijde van
- dé: dobbelsteen; teerling
- nœud: knooppunt