French
Detailed Translations for chef de file from French to Dutch
chef de file: (*Using Word and Sentence Splitter)
- chef: directeur; meerdere; baas; patroon; meester; superieur; hoofd; leider; aanvoerder; hoofdman; chef; voorman; werkbaas; hopman; kapitein; commandant; bevelhebber; topman; hoogste man; leidster; overste; opperhoofd; stamhoofd; hoofdleider; hoofdaanvoerder; aanvoerster; voorvrouw; eerste chef; leidsvrouw
- de: van; vanaf; per; uit; weg; vanaf deze plaats; in; te; aan; bij; erbij; erop; van de zijde van
- dé: dobbelsteen; teerling
- file: lijn; rij; streep; linie; gelid
- filer: vluchten; weglopen; ontkomen; ontvluchten; wegrennen; wegkomen; ontglippen; ontsnappen aan; zich vrijmaken; rennen; hardlopen; van huis weglopen; zoeven; schaduwen; ladderen; ervandoor gaan; er vandoor gaan; er tussenuit knijpen; zich uit de voeten maken; hem smeren; de plaat poetsen; opjagen; racen; hollen; sprinten; snellen; pezen; draven; galopperen; spoeden; hard rennen; wegstuiven; weghollen; wegsnellen; 'm smeren; wegdraven; met de noorderzon vertrekken; 'm piepen; weghaasten; wegspoeden; wegijlen
- filé: ervandoor gegaan; met de noorderzon vertrokken
Wiktionary Translations for chef de file:
Related Translations for chef de file
Dutch