French
Detailed Translations for cuire à la vapeur from French to Dutch
cuire à la vapeur: (*Using Word and Sentence Splitter)
- cuire: koken; kokkerellen; eten bereiden; stoven; zieden; koken van woede
- A: EVERYONE; A
- avoir: hebben; bezitten; beschikken over; in eigendom hebben; afzetten; bedriegen; oplichten; misleiden; belazeren; bedonderen; besodemieteren; beduvelen; zwendelen; bezit; tegoed; baten; activa; vermogen; geldelijk vermogen; creditnota
- à: naar; toe; naar toe; in; te; van; aan; bij; erbij; erop; ergens naartoe; via; ter; à; daaraan
- ça: het
- la: de
- là: daar; daarheen; die kant uit; daarginds; ginder; ginds; aldaar; bij; erbij; erop
- vapeur: stoom; rook; damp; walm; wasem; uitwaseming; zichtbare damp; mist; nevel; waas; stoomkracht
Wiktionary Translations for cuire à la vapeur:
Cross Translation:
| From | To | Via |
|---|---|---|
| • cuire à la vapeur | → stomen | ↔ dämpfen — Gastronomie: mit Hilfe von Dampf garen |
Related Translations for cuire à la vapeur
Dutch
Detailed Translations for cuire à la vapeur from Dutch to French
cuire à la vapeur: (*Using Word and Sentence Splitter)
- A: A; TOUS PUBLICS
- à: à
- la: tiroir; petit tiroir
- vapeur: rougeur