French
Detailed Translations for disruption from French to Dutch
disruption: (*Using Word and Sentence Splitter)
- dire: zeggen; beschrijven; uiteenzetten; mededelen; spreken; praten; kletsen; klappen; babbelen; kakelen; zwammen; kwebbelen; kwetteren; kwekken; wauwelen; snateren; vertellen; verhalen; verhaal vertellen; uiten; uitdrukken; verwoorden; vertolken; uiting geven aan; uitdrukking geven aan
- éruption: uitslag; uitval; uitbarsten; uitbarsting; huiduitslag; emotionele uitval; eruptie; losbarsting
Wiktionary Translations for disruption:
disruption
noun