French
Detailed Translations for front domestique from French to Dutch
front domestique: (*Using Word and Sentence Splitter)
- front: voorkant; front; aangezicht; voorhoofd; gevel; voorzijde; voorgevel; pui; gevelbreedte; frontaanzicht; voorste gedeelte; vooreind; vooreinde; front van slecht weer
- domestique: bediende; knecht; huishoudelijk; hulp; assistent; tam; helper; secondant; dienaar; lakei; dienstknecht; livreiknecht; mens; menselijk wezen; schoonmaakster; werkster; hulp in de huishouding; dienstmeisje; dienstbode; huisjongen; huisbediende; butler; kamerbediende; kamerdienaar; herenknecht; hulpje; huisknecht
- domestiquer: trainen; africhten; dresseren; dier africhten
Wiktionary Translations for front domestique:
front domestique
noun
-
familie en bekenden van een persoon die uitgezonden is naar een oorlogsgebied