Home ->Dictionaries ->French/Dutch ->Translate distributeur

Translate distributeur from French to Dutch

Summary

French to Dutch: more detail...

distributeur:
- distributeur; verdeler; verspreider; verbreider; ronddeler; uitdeler; verspreidster; distributeuse; afgeefster; uitreikster; distribuant
Wiktionary:
- distributeur → middenstander, verkoopautomaat

French

Detailed Translations for distributeur from French to Dutch

distributeur:

distributeur [le ~] noun

le distributeur (partageur; diviseur; propagateur; propagandiste)
de distributeur; de verdeler; de verspreider; verbreider
- distributeur [de ~ (m)] noun
- verdeler [de ~ (m)] noun
- verspreider [de ~ (m)] noun
- verbreider [znw.] noun
le distributeur
de distributeur
- distributeur [de ~ (m)] noun
le distributeur
ronddeler
- ronddeler [znw.] noun
le distributeur
uitdeler
- uitdeler [znw.] noun
le distributeur
verspreidster; distributeuse; afgeefster; uitreikster
- verspreidster [znw.] noun
- distributeuse [znw.] noun
- afgeefster [znw.] noun
- uitreikster [znw.] noun
le distributeur (partageur)
distribuant
- distribuant [znw.] noun
le distributeur (distributeur féminin)
afgeefster
- afgeefster [znw.] noun

Translation Matrix for distributeur:

Noun	Related Translations	Other Translations
afgeefster	distributeur; distributeur féminin
distribuant	distributeur; partageur
distributeur	distributeur; diviseur; partageur; propagandiste; propagateur	distributeur commercial
distributeuse	distributeur
ronddeler	distributeur
uitdeler	distributeur
uitreikster	distributeur
verbreider	distributeur; diviseur; partageur; propagandiste; propagateur
verdeler	distributeur; diviseur; partageur; propagandiste; propagateur
verspreider	distributeur; diviseur; partageur; propagandiste; propagateur
verspreidster	distributeur
Verb	Related Translations	Other Translations
verbreider		diffuser; disperser; propager; répandre; épandre; éparpiller; étaler; étendre
verdeler		diffuser; disperser; propager; répandre; épandre; éparpiller; étaler; étendre

Synonyms for "distributeur":

billetterie; commerçant; négociant; marchand; détaillant; fournisseur; représentant; grossiste; importateur; concessionnaire; revendeur; transitaire; consignataire; commissionnaire; exploitant; dispensateur; répartiteur

Wiktionary Translations for distributeur:

Cross Translation:

From	To	Via
• distributeur	→ middenstander	↔ retailer — retail sales company or salesman
• distributeur	→ verkoopautomaat	↔ vending machine — machine that dispenses merchandise

Related Translations for distributeur