Noun | Related Translations | Other Translations |
Ausflug
|
behendigheid; handigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; truc
|
dagje; dagje uit; dagreis; dagtocht; excursie; gang; plezierreisje; pleziertochtje; reis; rijtoertje; rit; rondreis; rondrit; tocht; tochtje; toer; toertje; tour; tournee; trip; uitje; uitstapje
|
Behendigkeit
|
behendigheid; handigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; truc
|
bekwaamheid; vaardigheid
|
Kniff
|
behendigheid; handigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; list; manoeuvre; truc
|
bluts; deuk; foef; foefje; greep; handel; handgreep; handigheid; handvat; hendel; instulping; kneep; kneepje; kunst; kunstje; list; maniertje; slimheid; sluwe streek; toer; truc; trucage
|
Kunstgriff
|
behendigheid; handigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; list; manoeuvre; truc
|
foef; foefje; greep; handel; handgreep; handvat; hendel; kneep; kneepje; kunstje; maniertje; truc
|
Manöver
|
kunstgreep; list; manoeuvre
|
manoeuvre; schaakzet; schijngevecht; schijnkamp; sciamachie; spiegelgevecht; zet
|
Trick
|
behendigheid; handigheid; kunst; kunstgreep; kunstje; list; manoeuvre; truc
|
foef; foefje; gemene streek; greep; handel; handgreep; handigheid; handvat; hendel; kneep; kneepje; kunst; kunstje; list; maniertje; slimheid; sluwe streek; toer; truc; trucage; valsheid; vuile truc
|