Dutch
Detailed Translations for plaatsnaam from Dutch to German
plaatsnaam: (*Using Word and Sentence Splitter)
- plaat: Fundamentplatte; Grundplatte; Platte; Schallplatte; Album; LP; Langspielplatte; Illustration; Radierung; Gravierung; Gravierarbeit
- naam: Bezeichnung; Ausdruck; Ruf; Name; Schrei; Ehre; Reputation
- plaats: Stelle; Ort; Platz; Standort; Gegend; Landstriche
- Naam: Adressname
- plaatsen: stellen; einstellen; herstellen; setzen; legen; aufstellen; ablegen; abstellen; einräumen; anbringen; einordnen; hinlegen; hinstellen; unterbringen; installieren; abstreifen; einrücken; austreiben; stationieren; beisetzen; gruppieren; bergen; ablagern; deponieren; lagern; aufheben; bewahren; aufbewahren; niederlegen; räumlich anordnen; lokalisieren; ausfindig machen; einsetzen; plazieren; postieren; anlegen; bauen; einrichten; beherbergen; einquartieren; akkomodieren; jemandem Unterkunft bieten
Spelling Suggestions for: plaatsnaam
Wiktionary Translations for plaatsnaam:
plaatsnaam
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• plaatsnaam | → Ortsname | ↔ placename — the name of a place |
External Machine Translations: