Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. doorzijgen:


Dutch

Detailed Translations for doorzijgen from Dutch to German

doorzijgen:

doorzijgen verb

  1. doorzijgen (zeven; filteren; filtreren; ziften)
    sieben; filtrieren; filtern
    • sieben verb (siebe, siebst, siebt, siebte, siebtet, gesiebt)
    • filtrieren verb (filtriere, filtrierst, filtriert, filtrierte, filtriertet, gefiltriert)
    • filtern verb (filtre, filterst, filtert, filterte, filtertet, gefiltert)

Translation Matrix for doorzijgen:

VerbRelated TranslationsOther Translations
filtern doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften doorsijpelen; filteren; laten doorsijpelen; percoleren
filtrieren doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften doorsijpelen; filteren; laten doorsijpelen; percoleren
sieben doorzijgen; filteren; filtreren; zeven; ziften aflezen; kiezen; laten doorsijpelen; ontraadselen; ontrafelen; ontwarren; percoleren; schiften; selecteren; selectie toepassen; uitkiezen; uitlezen; uitpikken; uitpluizen; uitrafelen; uitvezelen; uitzoeken; ziften
OtherRelated TranslationsOther Translations
sieben zeven