Noun | Related Translations | Other Translations |
Abhilfe
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
|
Absetzung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
afzetting
|
Aufhellung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
opklaring
|
Aufklärung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring
|
Aufnahme
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
aanvaarden; absorptie; acceptatie; accepteren; foto; kiek; opname; opneming; opvang
|
Aufwartung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
aanloop; bezoek; opwachting; visite
|
Aushilfe
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
assistent; helper; hulp; hulpje; hulpkracht; invaller; invalster; knecht; noodhulp; secondant; substituut
|
Ausschüttung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
leeggieten; uitgieten
|
Ausspannung
|
geruststelling; kalmering; opluchting; verademing
|
buitencafé; onderbreking; pauze; tussenpoos
|
Beruhigung
|
geruststelling; kalmering; opluchting; verademing
|
|
Enthebung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
|
Entladung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
elektrische ontlading; ontlading
|
Entspannung
|
geruststelling; kalmering; opluchting; verademing
|
afgeleide; afleiding; afleidingsmanoeuvre; onderbreking; pauze; rustpauze; tussenpoos; verpozing; verstrooiing; verzet; verzetje
|
Erholung
|
geruststelling; kalmering
|
onderbreking; ontspanning; pauze; recreatie; rustpauze; snipperdag; tussenpoos; vakantie; verlof; verlofjaar; verloftijd; verpozing; verstrooiing; vrijetijdsbesteding
|
Erleichterung
|
geruststelling; opluchting; verademing
|
herademing; leniging; opluchting; simplificatie; soelaas; solaas; vereenvoudiging; vergemakkelijking; verlichting; verzachting
|
Zerstreuung
|
geruststelling; kalmering
|
afgeleide; afleiding; afleidingsmanoeuvre
|