Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. hessen:
  2. hes:


Dutch

Detailed Translations for hessen from Dutch to German

hessen:

hessen [de ~] noun, plural

  1. de hessen (loshangende korte overkleden; kielen)
    die Kittel; die Schürzen

Translation Matrix for hessen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kittel hessen; kielen; loshangende korte overkleden hes; kiel; loshangend kort overkleed; overgooier; stofjassen
Schürzen hessen; kielen; loshangende korte overkleden

Related Words for "hessen":


hessen form of hes:

hes [de ~] noun

  1. de hes (loshangend kort overkleed; kiel)
    die Schürze; der Kittel

Translation Matrix for hes:

NounRelated TranslationsOther Translations
Kittel hes; kiel; loshangend kort overkleed hessen; kielen; loshangende korte overkleden; overgooier; stofjassen
Schürze hes; kiel; loshangend kort overkleed overgooier; schort; schortje; sloof; voorschoot; werkschort

Related Words for "hes":