Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. muteren:


Dutch

Detailed Translations for muteren from Dutch to German

muteren:

muteren [znw.] noun

  1. muteren (veranderen)
    Verändern; Mutieren; Abwandeln

Translation Matrix for muteren:

NounRelated TranslationsOther Translations
Abwandeln muteren; veranderen amenderen; modificeren; veranderen; vervoegen; wijzigen
Mutieren muteren; veranderen
Verändern muteren; veranderen