Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. naar beneden storten:


Dutch

Detailed Translations for naar beneden storten from Dutch to German

naar beneden storten:

naar beneden storten verb

  1. naar beneden storten (neerstorten)
    abstürzen; hinabstürzen; niederstürzen
    • abstürzen verb (stürze ab, stürzst ab, stürzt ab, stürzte ab, stürztet ab, abgestürzt)
    • hinabstürzen verb (stürze hinab, stürzt hinab, stürzte hinab, stürztet hinab, hinabgestürzt)
    • niederstürzen verb (stürze nieder, stürzst nieder, stürzt nieder, stürzte nieder, stürztet nieder, niedergestürzt)

Translation Matrix for naar beneden storten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
abstürzen naar beneden storten; neerstorten crashen; doen neerstorten; neerstorten; vastlopen
hinabstürzen naar beneden storten; neerstorten achteroverslaan; doen neerstorten; iemand neerslaan; neerstorten; omslaan; vloeren
niederstürzen naar beneden storten; neerstorten doen neerstorten; neerstorten

Related Translations for naar beneden storten