Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate onherstelbaar

Translate onherstelbaar from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

onherstelbaar:
- unersetzlich; endgültig; unheilbar; irreparabel; unwiderruflich; unvermeidlich; unwiederbringlich; unumstößlich; rettungslos
Wiktionary:
- onherstelbaar → unverbesserbar, [[nicht reparierbar]], irreparabel

Dutch

Detailed Translations for onherstelbaar from Dutch to German

onherstelbaar:

onherstelbaar adj

onherstelbaar (reddeloos)
unersetzlich; endgültig; unheilbar; irreparabel; unwiderruflich; unvermeidlich; unwiederbringlich; unumstößlich; rettungslos
- unersetzlich adj
- endgültig adj
- unheilbar adj
- irreparabel adj
- unwiderruflich adj
- unvermeidlich adj
- unwiederbringlich adj
- unumstößlich adj
- rettungslos adj

Translation Matrix for onherstelbaar:

Modifier	Related Translations	Other Translations
endgültig	onherstelbaar; reddeloos	absoluut; beslist; blijvend; definitief; definitieve; onverandelijk; onweerlegbaar; permanent; ronduit; stellig; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; voorgoed; zeker
irreparabel	onherstelbaar; reddeloos
rettungslos	onherstelbaar; reddeloos
unersetzlich	onherstelbaar; reddeloos	onvervangbaar
unheilbar	onherstelbaar; reddeloos	ongeneeslijk
unumstößlich	onherstelbaar; reddeloos	definitief; definitieve; in elk geval; in ieder geval; onaanvechtbaar; onbetwistbaar; onomstotelijk; onverandelijk; onweerlegbaar; permanent; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; voorgoed
unvermeidlich	onherstelbaar; reddeloos	onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk; onweerlegbaar; vast en zeker
unwiderruflich	onherstelbaar; reddeloos	definitief; definitieve; onverandelijk; onweerlegbaar; permanent; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; voorgoed
unwiederbringlich	onherstelbaar; reddeloos	definitief; onverandelijk; onweerlegbaar; permanent; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; voorgoed

Related Words for "onherstelbaar":

onherstelbare

Wiktionary Translations for onherstelbaar:

Cross Translation:

From	To	Via
• onherstelbaar	→ unverbesserbar	↔ incorrigible — defective and materially impossible to correct or set aright
• onherstelbaar	→ [[nicht reparierbar]]; irreparabel	↔ irreparable — that is unable to be repaired

External Machine Translations: