Summary


Dutch

Detailed Translations for ontlasting from Dutch to German

ontlasting:

ontlasting [de ~ (v)] noun

  1. de ontlasting (stoelgang)
    der Stuhlgang
  2. de ontlasting (van een last ontdoen)

Translation Matrix for ontlasting:

NounRelated TranslationsOther Translations
Entlastung ontlasting; van een last ontdoen decharge; steun; steunpilaar; stoelgangen; toeverlaat
Stuhlgang ontlasting; stoelgang
von einer Last befreit sein ontlasting; van een last ontdoen

Related Words for "ontlasting":

  • ontlastingen