Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. op hopen zetten:


Dutch

Detailed Translations for op hopen zetten from Dutch to German

op hopen zetten:

op hopen zetten verb

  1. op hopen zetten (hopen)
    hoffen; wünschen; erhoffen
    • hoffen verb (hoffe, hoffst, hofft, hoffte, hofftet, gehofft)
    • wünschen verb (wünsche, wünscht, wünschte, wünschtet, gewünscht)
    • erhoffen verb

Translation Matrix for op hopen zetten:

VerbRelated TranslationsOther Translations
erhoffen hopen; op hopen zetten
hoffen hopen; op hopen zetten begeren; hopen; hunkeren; spinzen; sterk verlangen; tegemoetzien; uitkijken naar; van hoop vervuld zijn; verlangen; verwachten; vooruitzien
wünschen hopen; op hopen zetten begeren; hunkeren; sterk verlangen; toewensen; verlangen

Related Translations for op hopen zetten