Dutch

Detailed Translations for ophelderingen from Dutch to German

ophelderingen:

ophelderingen [de ~] noun, plural

  1. de ophelderingen (toelichtingen; inlichtingen)
    die Informationen; die Aufklärungen; die Aufschlüsse

Translation Matrix for ophelderingen:

NounRelated TranslationsOther Translations
Aufklärungen inlichtingen; ophelderingen; toelichtingen
Aufschlüsse inlichtingen; ophelderingen; toelichtingen
Informationen inlichtingen; ophelderingen; toelichtingen info; informatie; informaties

Related Words for "ophelderingen":


ophelderingen form of opheldering:

opheldering [de ~ (v)] noun

  1. de opheldering (verduidelijking; uitleg; toelichting; verklaring; uiteenzetting)
    die Erklärung; die Verdeutlichung; die Erläuterung; die Aufklärung; die Information; die Auskunft; die Auslegung; die Instruktion; die Aussage; die Darlegung; die Nachricht; der Aufschluß; die Erörterung; die Begründung; die Mitteilung; die Deutung; die Aussprache; die Bekanntgabe; die Interpretation; die Bekanntmachung
  2. de opheldering (mededeling; toelichting; statement; )
    die Erklärung; die Anzeige; die Mitteilung; die Meldung; die Aussage; die Darlegung; der Bericht; die Bekanntgabe; Anzeigen; die Information; der Ausspruch; die Aussprache

Translation Matrix for opheldering:

NounRelated TranslationsOther Translations
Anzeige aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring aangeven; aangifte; aankondiging; advertentie; adverteren; annonce; annonceren; annoncering; beeldscherm; declaratie; melding; proces verbaal; rapport; symptoom; verklaring; ziektesymptoom
Anzeigen aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring aanduiden; aanvragen; aanwijzen; opgeven
Aufklärung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring geruststelling; opluchting; verademing
Aufschluß opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring ontsluiten; ontsluiting; openlegging; uitsluitsel
Auskunft opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring informatie; informatiebureau; informeren; inlichting; inlichtingenbureau; uitsluitsel; voorlichting
Auslegung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring interpretatie; uitsluitsel; vertaling; vertolking
Aussage aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring uitsluitsel
Aussprache aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring articulatie; debat; discussie; gesprek; het uitspreken; mondeling onderhoud; uitspraak; vonnisvelling
Ausspruch aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring aanhaling; citaat; oordeelvelling; quote; uitspraak; vonnis
Begründung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring beweegreden; drijfveer; grondlaag; motief; motivatie; ondergrond; onderlaag; reden
Bekanntgabe aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring aankondiging; afkondiging; bekendmaking; bericht; boodschap; convocatie; gewag; informatie; kennisgeving; mededeling; melding; openbaarmaking; openbare publicatie; opgave; proclamatie; publicatie; publikatie; relaas; ruchtbaarheid; tijding; uitgave; uitgifte; uiting; uitspraak; verkondiging; vermelding; verwittiging
Bekanntmachung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring aankondiging; aanschrijving; aanzegging; afkondiging; bekendmaking; bericht; boodschap; convocatie; decreet; gewag; informatie; kennisgeving; kennismaking; mededeling; melding; openbaarmaking; openbare publicatie; opgave; proclamatie; publicatie; publikatie; relaas; ruchtbaarheid; tijding; uitgave; uitgifte; uitspraak; uitvaardiging; verkondiging; vermelding; verwittiging
Bericht aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring aankondiging; bekendmaking; bericht; boodschap; gewag; mededeling; melding; opgave; opstel; recital; relaas; scriptie; tijding; uitspraak; vermelding; verslag; verwittiging
Darlegung aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring betoog; interpretatie; recital; vertaling; vertolking
Deutung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring duiding; interpretatie; uitleg; verklarende uitleg; verklaring; vertaling; vertolking
Erklärung aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring duiding; interpretatie; uiting; uitleg; uitsluitsel; verklarende uitleg; verklaring; vertaling; vertolking
Erläuterung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring descriptie; interpretatie; nadere beschrijving; omschrijving; uitbeelding; uitsluitsel; vertaling; vertolking
Erörterung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring betoog; boekbespreking; debat; discussie; dispuut; interpretatie; meningsverschil; onenigheid; recensie; vertaling; vertolking; woordenwisseling
Information aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring berichtgeving; convocatie; data; gegevens; informatie; informeren; inlichting; kennisgeving; mededeling; mededelingen; uiting; verwittiging; voorlichting
Instruktion opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring aanwijzing; bevelschrift; consigne; dwangbevel; instructie; opdracht; order; taak; voorschrift
Interpretation opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring interpretatie; uitsluitsel; vertaling; vertolking
Meldung aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uitlegging; verklaring aangeven; aangifte; aankondiging; bekendmaking; bericht; blad; boodschap; declaratie; gewag; journaal; maandblad; magazine; mededeling; melding; nieuws; openbare publicatie; opgave; periodiek; publicatie; publikatie; relaas; ruchtbaarheid; tijding; tijdschrift; tijdspiegel; uitgave; uitgifte; uitspraak; verklaring; vermelding; verwittiging; weekblad
Mitteilung aangifte; bevestiging; bewering; declaratie; mededeling; opheldering; statement; toelichting; uiteenzetting; uitleg; uitlegging; verduidelijking; verklaring aankondiging; bekendmaking; bericht; boodschap; gewag; het uitspreken; informatie; inlichting; mededeling; melding; openbare publicatie; opgave; publicatie; publikatie; relaas; ruchtbaarheid; tijding; uitgave; uitgifte; uiting; uitspraak; vermelding; verwittiging
Nachricht opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring aankondiging; bericht; blad; document; e-mailbericht; informatie; inlichting; journaal; maandblad; magazine; melding; nieuws; nieuwsbericht; periodiek; tijding; tijdschrift; tijdspiegel; weekblad
Verdeutlichung opheldering; toelichting; uiteenzetting; uitleg; verduidelijking; verklaring
Not SpecifiedRelated TranslationsOther Translations
Bericht rapport
Erklärung Uitleg

Related Words for "opheldering":


Wiktionary Translations for opheldering:

opheldering
noun
  1. verduidelijking
opheldering
noun
  1. Beseitigung von Meinungsverschiedenheiten/Missverständnissen

Cross Translation:
FromToVia
opheldering Verdeutlichung; Erläuterung clarification — clarification of ideas, meaning, etc