Home ->Dictionaries ->Dutch/German ->Translate schroefsleutels

Translate schroefsleutels from Dutch to German

Summary

Dutch to German: more detail...

schroefsleutels:
- Schraubenschlüssel; Steckschlüssel
schroefsleutel:
- Mutternschlüssel
Wiktionary:
- schroefsleutel → Schraubenschlüssel, Schlüssel

Dutch

Detailed Translations for schroefsleutels from Dutch to German

schroefsleutels:

schroefsleutels [de ~] noun, plural

de schroefsleutels
der Schraubenschlüssel; der Steckschlüssel
- Schraubenschlüssel [der ~] noun
- Steckschlüssel [der ~] noun

Translation Matrix for schroefsleutels:

Noun	Related Translations	Other Translations
Schraubenschlüssel	schroefsleutels	moersleutels; spanners; steeksleutels
Steckschlüssel	schroefsleutels	dopsleutel; moersleutels; spanners; steeksleutels

Related Words for "schroefsleutels":

schroefsleutel

schroefsleutels form of schroefsleutel:

schroefsleutel [de ~ (m)] noun

de schroefsleutel (moersleutel; steeksleutel; spanner)
der Mutternschlüssel
- Mutternschlüssel [der ~] noun

Translation Matrix for schroefsleutel:

Noun	Related Translations	Other Translations
Mutternschlüssel	moersleutel; schroefsleutel; spanner; steeksleutel

Related Words for "schroefsleutel":

schroefsleutels

Wiktionary Translations for schroefsleutel:

Cross Translation:

From	To	Via
• schroefsleutel	→ Schraubenschlüssel; Schlüssel	↔ wrench — hand tool