Summary
Dutch to German:   more detail...
  1. support:


Dutch

Detailed Translations for support from Dutch to German

support:

support [het ~] noun

  1. het support (ondersteuning; steun)
    die Unterstützung; die Stütze; der Beistand; die Hilfe; der Halt

Translation Matrix for support:

NounRelated TranslationsOther Translations
Beistand ondersteuning; steun; support abw; assistentie; bijstand; bijstandsuitkering; bz; dienstbetoon; handreiking; hulp; hulpbetoon; hulpverlening; maatschappelijk werk; maatschappelijke hulpverlening; ondersteuning; rww; sociale bijstand; steun; steunuitkering; subsidie; tegemoetkoming; toelage; werkloosheidsuitkering; werklozensteun; ww
Halt ondersteuning; steun; support halt; hechtheid; houvast; ondersteuning; realiteit; soliditeit; steun; steunpilaar; stevigheid; toeverlaat; vastheid; werkelijkheid
Hilfe ondersteuning; steun; support assistent; assistentie; bijstand; dienstbetoon; handreiking; help; helper; hulp; hulpbetoon; hulpje; hulpverlening; knecht; maatschappelijk werk; maatschappelijke hulpverlening; ondersteuning; online-Help; poetsvrouw; schoonmaakster; secondant; steun; steunpilaar; steunuitkering; toeverlaat; werkster
Stütze ondersteuning; steun; support bijstand; boekensteun; boekenstut; hulp; maatschappelijke hulpverlening; ondersteuning; schoor; schraag; sociale bijstand; steun; steun en toeverlaat; steunpilaar; stut; toeverlaat; uitlaatklep
Unterstützung ondersteuning; steun; support abw; assistentie; bijstand; bijstandsuitkering; bz; dienstbetoon; handreiking; hulp; hulpbetoon; hulpverlening; maatschappelijk werk; maatschappelijke hulpverlening; ondersteuning; ruggensteun; rww; sociale bijstand; steun; steunpilaar; steunuitkering; subsidie; tegemoetkoming; toelage; toeverlaat; werkloosheidsuitkering; werklozensteun; ww

Related Words for "support":

  • supports