Summary
Dutch to English: more detail...
-
procedure:
- procedure; proceedings; method; way; methodology; manner; mode; course; lawsuit; trial; legal suit; case
- Wiktionary:
English to Dutch: more detail...
- procedure:
-
Wiktionary:
- procedure → procedure, werkwijze
- procedure → procedure, proces, gebeurtenis, voorval, handelwijze, handelen, verloop, bereidingswijze, procédé, werkwijze, gedrag, houding, wandel
Dutch
Detailed Translations for procedure from Dutch to English
procedure:
-
de procedure (procesvoering)
-
de procedure (methode; manier; handelwijze; wijze; wijs; trant)
-
de procedure (rechtsgeding; rechtszaak; proces; geding)
-
de procedure
Translation Matrix for procedure:
Related Words for "procedure":
English
Detailed Translations for procedure from English to Dutch
procedure:
-
the procedure (proceedings)
-
the procedure (method; method of working; working method; operation procedure; mode of operation; manufacturing process; routine; system)
-
the procedure (method)
-
the procedure (way it happened; state of affairs)
-
the procedure (rule of etiquette; protocol; ceremony; formality)
-
the procedure
– A sequence of declarations and statements that are executed as a unit. 2
Translation Matrix for procedure:
Related Words for "procedure":
Synonyms for "procedure":
Related Definitions for "procedure":
Wiktionary Translations for procedure:
procedure
Cross Translation:
noun
procedure
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• procedure | → procedure | ↔ Prozedere — gehoben: Art und Weise, wie eine Aufgabe bewältigt werden soll |
• procedure | → proces; gebeurtenis; voorval | ↔ Vorgang — Ablauf, ein Geschehen |
• procedure | → handelwijze; handelen | ↔ Vorgangsweise — vor allem österreichisch: Art und Weise, wie man vorgehen; Plan über das Vorgehen |
• procedure | → verloop | ↔ Ablauf — allgemein: Prozess, Abfolge |
• procedure | → procedure | ↔ procédure — (justice) forme, manière de procéder, d’agir en justice. |
• procedure | → bereidingswijze; procédé; werkwijze; gedrag; houding; wandel | ↔ procédé — conduite, manière d’agir d’une personne envers une autre. |