Dutch
Detailed Translations for meermaals from Dutch to English
meermaals:
-
meermaals (dikwijls; vaak; veelvuldig; regelmatig; frequent; menigmaal)
-
meermaals (herhaaldelijk; telkens; veelvuldig)
Translation Matrix for meermaals:
Adverb | Related Translations | Other Translations |
frequently | dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig | geregeld; met vast ritme; op vaste tijden; regelmatig; regulier; vaak; veel |
many times | dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig | |
often | dikwijls; frequent; meermaals; menigmaal; regelmatig; vaak; veelvuldig | doorgaans; geregeld; meestal; met vast ritme; regelmatig; vaak; veel; veelal |
repeatedly | herhaaldelijk; meermaals; telkens; veelvuldig | |
Modifier | Related Translations | Other Translations |
time and time again | herhaaldelijk; meermaals; telkens; veelvuldig |
Wiktionary Translations for meermaals:
meermaals
adverb
meermaals
-
bij een aantal gelegenheden
- meermaals → repeatedly
adverb
-
done several times