Summary


Dutch

Detailed Translations for verbazend from Dutch to English

verbazend:


Translation Matrix for verbazend:

AdjectiveRelated TranslationsOther Translations
amazing curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk
astonishing curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk
astounding curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk
marvellous curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk betoverend; dolletjes; enig; fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; gaaf; geweldig; groots; krankzinnig; luisterrijk; magnifiek; prachtig; puik; reuze; schitterend; te gek; waanzinnig; wijs
marvelous curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk betoverend; dolletjes; enig; fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; gaaf; geweldig; groots; krankzinnig; luisterrijk; magnifiek; prachtig; puik; reuze; schitterend; te gek; waanzinnig; wijs
miraculous curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk
startling curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk verrassend
surprising curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk verrassend
ModifierRelated TranslationsOther Translations
wonderful curieus; fenomenaal; miraculeus; opzienbarend; verbazend; verbazingwekkend; verbijsterend; verwonderend; verwonderingwekkend; verwonderlijk; wonderbaar; wonderbaarlijk; wonderlijk beeldschoon; betoverend; bewonderenswaardig; dolletjes; enig; glorierijk; heerlijk; kiplekker; kostelijk; luisterrijk; lustrijk; magnifiek; mieters; prachtig; prima; riant; schitterend; uitstekend; voortreffelijk; wonderschoon

Related Words for "verbazend":

  • verbazendst, verbazendste

Wiktionary Translations for verbazend:


Cross Translation:
FromToVia
verbazend unexpected überraschend — jemanden unerwartet, unvorbereitet treffend oder in Erstaunen setzend

verbazen:

verbazen verb (verbaas, verbaast, verbaasde, verbaasden, verbaasd)

  1. verbazen (verwonderen; verbijsteren; bevreemden)
    to astonish; to amaze; to surprise; wow; suprise
    • astonish verb (astonishes, astonished, astonishing)
    • amaze verb (amazes, amazed, amazing)
    • surprise verb (surprises, surprised, surprising)
    • wow verb
    • suprise verb

Conjugations for verbazen:

o.t.t.
  1. verbaas
  2. verbaast
  3. verbaast
  4. verbazen
  5. verbazen
  6. verbazen
o.v.t.
  1. verbaasde
  2. verbaasde
  3. verbaasde
  4. verbaasden
  5. verbaasden
  6. verbaasden
v.t.t.
  1. heb verbaasd
  2. hebt verbaasd
  3. heeft verbaasd
  4. hebben verbaasd
  5. hebben verbaasd
  6. hebben verbaasd
v.v.t.
  1. had verbaasd
  2. had verbaasd
  3. had verbaasd
  4. hadden verbaasd
  5. hadden verbaasd
  6. hadden verbaasd
o.t.t.t.
  1. zal verbazen
  2. zult verbazen
  3. zal verbazen
  4. zullen verbazen
  5. zullen verbazen
  6. zullen verbazen
o.v.t.t.
  1. zou verbazen
  2. zou verbazen
  3. zou verbazen
  4. zouden verbazen
  5. zouden verbazen
  6. zouden verbazen
en verder
  1. ben verbaasd
  2. bent verbaasd
  3. is verbaasd
  4. zijn verbaasd
  5. zijn verbaasd
  6. zijn verbaasd
diversen
  1. verbaas!
  2. verbaast!
  3. verbaasd
  4. verbazend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verbazen:

NounRelated TranslationsOther Translations
surprise bevreemding; overrompeling; surprise; verrassing; verwondering
VerbRelated TranslationsOther Translations
amaze bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
astonish bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
suprise bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen iemand overvallen met iets; verrassen
surprise bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen iets onverwachts doen; overrompelen; overvallen; verrassen
wow bevreemden; verbazen; verbijsteren; verwonderen
- verwonderen

Synonyms for "verbazen":


Related Definitions for "verbazen":

  1. ervan opzien omdat je het niet verwacht1
    • het verbaast me dat hij op tijd was1

Wiktionary Translations for verbazen:

verbazen
verb
  1. door iets onverwachts gevoelsmatig treffen
verbazen
verb
  1. perplex or confuse
  2. cause (someone) to feel surprise

Cross Translation:
FromToVia
verbazen astound; astonish erstaunen — ins Staunen kommen
verbazen astonish; amaze; dumbfound; flabbergast; astound ébahirétonner fortement, surprendre.
verbazen astonish; amaze; stagger; stun étonner — (term, sens étymologique concret) ébranler à la manière du tonnerre.