Summary
Dutch to English:   more detail...
  1. verdikken:
  2. Wiktionary:


Dutch

Detailed Translations for verdikken from Dutch to English

verdikken:

verdikken verb (verdik, verdikt, verdikte, verdikten, verdikt)

  1. verdikken (door koken dikker worden; indikken)
    to thicken; to concentrate; to condense; to boil down
    • thicken verb (thickens, thickened, thickening)
    • concentrate verb (concentrates, concentrated, concentrating)
    • condense verb (condenses, condensed, condensing)
    • boil down verb (boils down, boiled down, boiling down)
  2. verdikken (door koken dikker maken; inbinden; door koken verdikken; indikken; inkoken)
    to thicken; to concentrate; to reduce; to condense; to boil down
    • thicken verb (thickens, thickened, thickening)
    • concentrate verb (concentrates, concentrated, concentrating)
    • reduce verb (reduces, reduced, reducing)
    • condense verb (condenses, condensed, condensing)
    • boil down verb (boils down, boiled down, boiling down)
  3. verdikken (dikker worden)
    become thicker; to thicken

Conjugations for verdikken:

o.t.t.
  1. verdik
  2. verdikt
  3. verdikt
  4. verdikken
  5. verdikken
  6. verdikken
o.v.t.
  1. verdikte
  2. verdikte
  3. verdikte
  4. verdikten
  5. verdikten
  6. verdikten
v.t.t.
  1. heb verdikt
  2. hebt verdikt
  3. heeft verdikt
  4. hebben verdikt
  5. hebben verdikt
  6. hebben verdikt
v.v.t.
  1. had verdikt
  2. had verdikt
  3. had verdikt
  4. hadden verdikt
  5. hadden verdikt
  6. hadden verdikt
o.t.t.t.
  1. zal verdikken
  2. zult verdikken
  3. zal verdikken
  4. zullen verdikken
  5. zullen verdikken
  6. zullen verdikken
o.v.t.t.
  1. zou verdikken
  2. zou verdikken
  3. zou verdikken
  4. zouden verdikken
  5. zouden verdikken
  6. zouden verdikken
diversen
  1. verdik!
  2. verdikt!
  3. verdikt
  4. verdikkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Translation Matrix for verdikken:

NounRelated TranslationsOther Translations
concentrate krachtvoer
VerbRelated TranslationsOther Translations
become thicker dikker worden; verdikken
boil down door koken dikker maken; door koken dikker worden; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken
concentrate door koken dikker maken; door koken dikker worden; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken dikker worden; geconcentreerder worden; stollen
condense door koken dikker maken; door koken dikker worden; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken condenseren; dikker worden; geconcentreerder worden; kort samenvatten; recapituleren; samenvatten; stollen; tot damp worden; verdampen; vervliegen
reduce door koken dikker maken; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken afnemen; afprijzen; beknotten; beperken; disloqueren; herleiden; inkrimpen; inperken; kleiner maken; krimpen; lager maken; minder maken; minder worden; minderen; minimaliseren; reduceren; roeren; slinken; temperen; terugvoeren; verkleinen; verkorten; verlagen; verleggen; verminderen; verplaatsen; verschikken; verschuiven; vervoeren; verzetten
thicken dikker worden; door koken dikker maken; door koken dikker worden; door koken verdikken; inbinden; indikken; inkoken; verdikken dikker worden; geconcentreerder worden; stollen

Wiktionary Translations for verdikken:

verdikken
verb
  1. become fat

Cross Translation:
FromToVia
verdikken increase; accrue; enlarge; aggrandize; augment; thicken grossirrendre gros, plus ample, plus volumineux.

Related Translations for verdikken