Dutch
Detailed Translations for voetstoel from Dutch to English
voetstoel: (*Using Word and Sentence Splitter)
- voet: foot; support; stand; leg; chassis; bone of the foot; human foot; pes
- stoel: chair; stool; arm chair; easy chair; reclining chair
Wiktionary Translations for voetstoel:
voetstoel
noun
-
een laag bankje of krukje bedoeld om de voet op te laten rusten
- voetstoel → footstool