Summary
Dutch to English: more detail...
- handhaving:
-
Wiktionary:
- handhaving → maintenance, enforcement
- handhaving → charge, custody, guard, watch, on watch, duty period, marshal, watchman, warden, warder
Dutch
Detailed Translations for handhaving from Dutch to English
handhaving:
-
de handhaving (behoud)
-
de handhaving (instandhouding; conservatie; behoud)
Translation Matrix for handhaving:
Noun | Related Translations | Other Translations |
assertion | behoud; conservatie; handhaving; instandhouding | beweren; bewering; stelling |
conservation | behoud; conservatie; handhaving; instandhouding | |
maintenance | behoud; conservatie; handhaving; instandhouding | kost; onderhoud; onderhoudsgeld; verpleging; verschaffing; verzorging; voedsel; voorziening; zorg |
preservation | behoud; conservatie; handhaving; instandhouding | berging; bewaarplaats; verduurzaming |
Wiktionary Translations for handhaving:
External Machine Translations: