Dutch
Detailed Translations for citadel from Dutch to English
citadel:
-
de citadel (kasteel; ridderslot; ridderkasteel)
the fortress; the stronghold; the citadel; the fort; the castle; the fortified building; the fortification; the château; the knight's castle -
de citadel (versterkte legerplaats; sterkte; kasteel; fort)
Translation Matrix for citadel:
Noun | Related Translations | Other Translations |
castle | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | beverhol; burcht; kasteel; slot |
château | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | burcht; kasteel; slot |
citadel | citadel; fort; kasteel; ridderkasteel; ridderslot; sterkte; versterkte legerplaats | |
fort | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | |
fortification | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | bolwerk; consolidatie; sloten; veiligheidssloten; verharding; verrijking; versterking; versteviging |
fortified building | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | burcht; kasteel; slot |
fortress | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | bolwerk; veste; vesting; vestingsgracht |
knight's castle | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | burcht; kasteel; slot |
stronghold | citadel; kasteel; ridderkasteel; ridderslot | bolwerk; veste; vesting; vestingsgracht |